“Stoer Salem bewijst bestaansrecht” (de Stentor; 10-6-2014)

Zaterdag 7 juni heeft het eerste officiële concert plaatst gevonden van Salem i.s.m. Omnia Cum Deo. Ondanks de warme avond zijn we verheugd met een goede opkomst. Het was een prachtige avond met samenzang, uitleg bij de muziekstukken en uiteraard de uitvoeringen van beide koren.

In de Stentor van 10-6-2014 staat een uitgebreide recensie door Lex Gunnink waarvan hieronder een citaat.

En toen was het de beurt aan Salem, een ensemble dat zijn zaakjes goed voor elkaar bleek te hebben en dat beschikt over een sonore, bronzen klank. Dirigent Marcel van de Ketterij kreeg het voor elkaar tegelijkertijd piano te spelen én daarbij beurtelings zijn linker- en rechterhand vrij te maken om te dirigeren. Knap gedaan, maar zou het niet beter zijn de functies te scheiden? De stoere ‘sound’ van Salem roept associaties op met die van de befaamde Urker mannenkoren en ook het repertoire wees die kant op: veel Nederlandstalige geestelijke muziek. En toch wist Salem juist te verrassen met Tebe Pojem, een klassieker uit het Russisch-orthodoxe repertoire, met een prachtige ingehouden pianissimo einde. Een mooi debuut van een koor dat met dit concert bewees bestaansrecht te hebben.